Frans betrekkelijk voornaamwoord: uitleg
Le pronom relatif - théorie / explications
Oefeningen betrekkelijk voornaamwoord
Het betrekkelijk voornaamwoord staat altijd aan het begin van een bijzin en slaat terug op (heeft betrekking op) een woord(groep) uit de hoofdzin (antecedent). Het antecedent en vooral de functie binnen de bijzin bepalen welk pronom relatif je in het Frans moet gebruiken. Het maakt daarbij meestal niet uit of het om personen of dingen gaat.
Het betrekkelijk voornaamwoord staat altijd aan het begin van een bijzin en slaat terug op (heeft betrekking op) een woord(groep) uit de hoofdzin (antecedent). Het antecedent en vooral de functie binnen de bijzin bepalen welk pronom relatif je in het Frans moet gebruiken. Het maakt daarbij meestal niet uit of het om personen of dingen gaat.
video uitleg qui - que /qu' - où - dont
Exemples: (bijzinnen zijn schuingedrukt)
L'homme qui marche là-bas est un acteur célèbre. L'homme que tu vois là-bas est un acteur célèbre. (tu is onderwerp van de bijzin) L'homme dont tu parles est un acteur célèbre. (Tu parles de cet homme) La maison où il habite se trouve près d'ici. Je me souviens du moment où il est parti. La femme à qui tu penses toujours est ma copine. Le livre avec lequel nous apprenons le français. Le bâtiment près duquel se trouve notre hôtel. (près de lequel >> près duquel : samentrekking) C'est la raison pour laquelle j'apprends le français. |
Er zijn de volgende vormen:
- qui onderwerp in de bijzin (sujet) - que / qu' lijdend voorwerp in de bijzin (COD) - dont als vervanging van 'de' - où 'waar' (plaats of tijd) - Voorzetsel + qui (personen) - Vz. + lequel / laquelle / lesquels / lesquelles ...(dingen / zaken) |